Zitting van 29 april 2021
OCMW
Bestuur en Werking
P.1.Dossiernaam: Goedkeuring verslag open RMW
Onderwerp: Goedkeuring verslag open raad voor maatschappelijk welzijn
Zitting van 29 april 2021
Afdeling Grondgebiedzaken
Ruimtelijke ordening
P.2.Dossiernaam: Fraude sociale huurders
Onderwerp: Fraude sociale huurders qua eigendom in het buitenland
Argumentatie
Sociale huurwoningen moeten worden voorbehouden voor de doelgroep die er effectief recht op heeft. Wie een sociale woning huurt, mag niet tegelijkertijd een eigen woning bezitten. De controle op binnenlands onroerend bezit kan door de sociale verhuurder eenvoudig via de Kruispuntbank Sociale Zekerheid gecontroleerd worden. Voor buitenlandse eigendommen is dat niet zo eenvoudig omdat de FOD Financiën vaak niet over de nodige gegevens beschikt. Hierdoor is het noodzakelijk om ter plaatse in het buitenland na te gaan of iemand dergelijk bezit al dan niet heeft. Dat vereist niet enkel de effectieve controle in het buitenland, maar ook de kennis van de praktijken en de regelgeving van al die verschillende landen.
De Vlaamse regering stelt hiervoor een raamovereenkomst ter beschikking van sociale verhuurders die onderzoek voeren naar buitenlands bezit. Daarnaast worden sociale verhuurders, die onderzoek laten doen naar buitenlands onroerend bezit van sociale huurders, financieel ondersteund door tussenkomsten in de kosten van dat onderzoek. Sociale huurwoningen moeten worden voorbehouden voor de doelgroep die er effectief recht op heeft. Om die reden werkt het sociaal huurstelsel ook met voorwaarden rond onroerend bezit: wie over een woning of bouwperceel beschikt, heeft geen sociale huurwoning nodig. Elke vorm van fraude moet maximaal worden uitgesloten. Om praktische belemmeringen weg te nemen, heeft de Vlaamse overheid (VMSW) een raamovereenkomst met private onderzoeksbureaus afgesloten die gespecialiseerd zijn in het onderzoek naar onroerende goederen in het buitenland. Wie een sociale woning verhuurt zal, zonder administratieve rompslomp, een beroep kunnen doen op deze private onderzoeksbureaus wanneer er vermoedens zijn van buitenlands bezit bij sociale huurders. In totaal zullen er via de raamovereenkomst in 41 landen onderzoeksopdrachten kunnen worden uitgevoerd. Deze lijst van 41 landen is niet limitatief. Er kan door eenvoudig verzoek aan het VMSW ook onderzocht worden of er mogelijkheden zijn voor landen die niet op de lijst zijn opgenomen. Om ook de financiële drempels maximaal weg te nemen, voorziet de Vlaamse Regering een subsidie voor sociale verhuurders die beroep doen op het raamcontract. Vorig jaar al besliste de Vlaamse Regering om vanaf 2021 een bedrag van 5 miljoen euro uit te trekken ter ondersteuning van buitenlands fraudeonderzoek. Met dit besluit van de Vlaamse Regering wordt een subsidieregeling uitgewerkt voor afnemers van het raamcontract.
Nele De Preter Wim Vandenbroeck Marc Verlinden Theo Smets Bert De Wit Werner Van Nuffelen Johan Van Lier Nadia Van Beughem Joachim De Buyser Christoph Torfs Elynn Van Uffel Bertrand Eraly Petra Vreys Paul Dams Diane Willems Kimberly Dockx Jolien Wittemans Jan Van Herck Nick De Rijck Jamin Desaever Diana Van Leemputten Joris Heremans Katrien van Gilse Alain Verschaeren Nele De Preter Marc Verlinden Theo Smets Bert De Wit Werner Van Nuffelen Johan Van Lier Nadia Van Beughem Joachim De Buyser Christoph Torfs Elynn Van Uffel Bertrand Eraly Petra Vreys Paul Dams Diane Willems Kimberly Dockx Jolien Wittemans Jan Van Herck Nick De Rijck Jamin Desaever Diana Van Leemputten Joris Heremans Katrien van Gilse Alain Verschaeren Petra Vreys Joachim De Buyser Nele De Preter Diane Willems Bertrand Eraly Werner Van Nuffelen Nick De Rijck Jolien Wittemans Bert De Wit Jamin Desaever Theo Smets Christoph Torfs Jan Van Herck Paul Dams Diana Van Leemputten Alain Verschaeren Kimberly Dockx Johan Van Lier Marc Verlinden Elynn Van Uffel Nadia Van Beughem Katrien van Gilse Joris Heremans aantal voorstanders: 13 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 10
Zitting van 29 april 2021
Afdeling P&O
Algemeen directeur
P.3.Dossiernaam: Delegatie van bevoegdheden van de OCMW-raad
Onderwerp: Delegatie van bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn aan het vast bureau (conform het DLB)
Argumentatie
Het was de bedoeling van de decreetgever om meer mogelijkheden te bieden op het vlak van zelforganisatie. De bevoegdheidsverdeling tussen de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau moet zo georganiseerd worden dat de raad voor maatschappelijk welzijn de mogelijkheid krijgt zich maximaal toe te leggen op de strategische, beleidsbepalende beslissingen, met aansturing op de hoofdlijnen van de beleidsuitvoering.
De organisatie van de diensten heeft voornamelijk betrekking op interne aangelegenheden, die zich eerder situeren op het operationele niveau. Om de dagdagelijkse werking continu te kunnen evalueren en optimaliseren, is het belangrijk om snel en kordaat te kunnen optreden, alsook om eventuele wijzigingen meteen door te voeren. Om deze redenen verdient het de voorkeur om volgende bevoegdheden inzake personeelsaangelegenheden te delegeren van de raad voor maatschappelijk welzijn aan het vast bureau:
1) De vaststelling van de rechtspositieregeling
Elke wijziging aan de rechtspositieregeling wordt overigens beperkt door het wettelijk kader (de rechtspositiebesluiten), en wordt steeds voorafgaand voorgelegd aan de vakbonden, hetgeen een zekere vorm van controle inhoudt.
2) De vaststelling van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer'
Het door de raad voor maatschappelijk welzijn vastgestelde begrip van 'dagelijks personeelsbeheer' blijft uiteraard gelden totdat het vast bureau een nieuwe beslissing neemt.
3) Het afsluiten van dadingen met personeelsleden naar aanleiding van de beëindiging van het dienstverband, aangaande de gevolgen van de beëindiging van dit dienstverband
Het afsluiten van deze dadingen is gekoppeld aan individuele personeelsdossiers, waarvoor de algemeen directeur hoofdzakelijk bevoegd is als hoofd van het personeel. Het einde van een dienstverband is overigens grotendeels gebonden aan regels van hogere, hoofdzakelijk dwingende wetgeving. Deze delegatie is niet van toepassing op het sluiten van dadingen met de algemeen directeur en de financieel directeur over de beëindiging van hun dienstverband.
4) De vaststelling van reglementen betreffende personeelsaangelegenheden
Hierbij gaat het om alle reglementen die de personeelsleden van lokaal bestuur Tremelo aanbelangen, zoals bijvoorbeeld het arbeidsreglement of de deontologische code. Deze reglementen worden op voorhand steeds voorgelegd aan de vakbonden.
5) De vaststelling van het organogram
Elke wijziging van het organogram wordt steeds voorafgaand voorgelegd aan de vakbonden, hetgeen een zekere vorm van controle inhoudt.
6) De vaststelling van de personeelsformatie en/of het personeelsplan
Elke wijziging van de personeelsformatie en/of het personeelsplan wordt steeds voorafgaand voorgelegd aan de vakbonden, hetgeen een zekere vorm van controle inhoudt.
Bij elke delegatie moeten de rapporteringsverplichtingen bepaald worden. Gezien de draagwijdte van bovenstaande delegaties, verdient het de voorkeur twee maal per jaar aan de raad voor maatschappelijk welzijn te rapporteren over de beslissingen die op grond van bovenstaande delegaties genomen werden.
Zitting van 29 april 2021
Afdeling P&O
Secretariaat
P.4.Dossiernaam: Interleuven A.V. 16 juni 2021
Onderwerp: Goedkeuring agendapunten.
Argumentatie
De RMW dient zijn goedkeuring te hechten aan de agendapunten van de algemene vergadering, d.d.16.06.2021 en tevens het mandaat van de vertegenwoordiger te bekrachtigen.
Zitting van 29 april 2021
Afdeling P&O
Secretariaat
P.5.Dossiernaam: Bijkomend punt - sp.a
Onderwerp: Verandering fractienaam sp.a naar Vooruit, ingediend door Katrien van Gilse, raadslid sp.a, overeenkomstig art. 21 van het Decreet lokaal bestuur